Een sterk leesbeleid maak je als schoolteam niet alleen. Diverse partners kunnen een waardevolle bijdrage leveren.

In de eerste plaats zijn er natuurlijk de leerlingen zelf. Zij zijn niet alleen betrokken partij omdat ze de ontvangers zijn van het leesonderwijs, maar ze kunnen er ook actief mee vorm aan geven. Als leerlingen inspraak krijgen in de teksten die ze lezen en in de activiteiten die er worden georganiseerd, verhoogt hun betrokkenheid en motivatie. Leerlingen kunnen als klasactiviteit bijvoorbeeld zelf leesbevorderingsacties opzetten; zij weten beter dan wie dan ook hoe ze leeftijdsgenoten over de streep kunnen trekken om te lezen. Ook kunnen leerlingen van hogere klassen leesmaatjes worden die samen met jongere kinderen lezen en praten over boeken.

Naast de leerlingen kunnen ook de ouders een belangrijke rol spelen in het leesbeleid van de school. We weten immers uit onderzoek dat ouders een veel grotere impact hebben op de leesattitude van kinderen dan leerkrachten. Daarom is het belangrijk om ouders op een positieve manier bij het lezen op school te betrekken. Die betrokkenheid begint bij het informeren en communiceren: breng ouders op de hoogte van wat er op school rond lezen gebeurt, probeer ook gesprekjes aan te gaan met ouders over bijvoorbeeld de voorleescultuur thuis. Als leerlingen af en toe een interessante en motiverende leestaak meekrijgen naar huis, wordt het lezen van de leerlingen ook voor de ouders zichtbaar.

Daarnaast kunnen ouders op verschillende manieren actief participeren, bijvoorbeeld als (voor-)leesouder. Belangrijk daarbij is om oog te hebben voor drempels van praktische, culturele of sociale aard. Voor veel ouders is het niet evident om zich overdag vrij te maken. Andere ouders voelen zich dan weer onzeker omwille van een taalbarrière. Probeer creatief op zoek te gaan naar kleinschalige initiatieven die die drempels kunnen omzeilen. Zo kun je in multiculturele klassen eens een voorleesmoment in verschillende talen organiseren

Een geprivilegieerde partner voor het lezen op school is voorts de plaatselijke openbare bibliotheek. Het is een enorme meerwaarde als de leerlingen op regelmatige basis op bibbezoek kunnen. Zo krijgen ze toegang tot een bijzonder rijk en divers boekenaanbod en leren ze bewuste leeskeuzes te maken. Het wordt nog straffer als er in de klas ook echt met de gekozen boeken gewerkt wordt: niet alleen tijdens het kwartiertje vrij lezen, maar ook in andere lessen. Het is belangrijk om als school met de bib in dialoog te gaan over wat er mogelijk is. Veel bibliotheken zijn vragende partij om gezamenlijke leesinitiatieven op te zetten en bieden veel meer aan dan enkel de mogelijkheid tot het ontlenen van boeken. Het aanbod verschilt natuurlijk van bibliotheek tot bibliotheek, maar het loont zeker de moeite om een sterk lokaal leespartnerschap aan te gaan.

Durf als school voor de uitbouw van je leesbeleid ook hulp in te roepen van buitenaf. Pedagogische begeleiders en professionele navormers kunnen nieuwe inzichten aanreiken en de sterktes en zwaktes van het leesonderwijs op school met een frisse blik bekijken. Ze kunnen een belangrijk klankbord zijn om de eigen visie op leesonderwijs verder uit te stippelen en te realiseren. Ook organisaties als Iedereen leest en Netwerk lezen op school, die vooral op leesbevordering gericht zijn, kunnen een waardevolle bijdrage leveren.

Op die manier kan je school een knooppunt worden in een heus leesnetwerk en bijdragen aan de creatie van een sterke leesomgeving voor elk kind.